17 januari 2025

Karin: ‘Al vanaf de tweede klas havo wist ik het: ik word ergotherapeut’

Karin wist al vanaf de tweede klas havo dat ze ergotherapeut wilde worden en werkt nu al 24 jaar met passie bij Thebe Elisabeth.

Terwijl haar klasgenoten wegdroomden bij Listen to your heart van Roxette, had háár hart al luid en duidelijk gesproken. Karin van der Poel moest en zou ergotherapeut worden. Ze was zelfs zó vastberaden, dat ze bleef zitten om haar cijfers op te krikken. Alles voor meer kans op toelating tot de opleiding. Nu werkt ze ruim 24 jaar bij Thebe Elisabeth. Als ergotherapeut natuurlijk. Haar ogen stralen: “Ik heb het mooiste beroep van de wereld.”

‘Mooi’ is misschien niet het eerste wat in je opkomt bij een veeleisende baan in de zorg. De bewoners bij Thebe Elisabeth in Goirle hebben niet-aangeboren hersenletsel (NAH) en komen hier pas wonen als het thuis niet meer gaat. Sommigen hebben een spierziekte of zijn betrokken geweest bij een ernstig ongeluk. Daardoor hebben ze hoog intensieve somatische zorg (HISZ) nodig. Voor een aantal bewoners hoort daar zelfs beademingszorg bij, een van de specialismen van het zorgteam en in het bijzonder van Karin.

Als ergotherapeut werkt Karin op vier verschillende Thebe-locaties: twee locaties voor jongvolwassenen vanaf achttien jaar én twee voor ouderen met dementie. Ze ontvangen somatische en psychogeriatrische zorg, en sommigen hebben ook beademingszorg nodig. Karin past deze hooggespecialiseerde zorg vanaf dag één toe. “We hebben acht bewoners die afhankelijk zijn van beademing. Verantwoordelijk werk, waar anderen niet voor in de rij staan.” Gelukkig krijgt ze sinds kort hulp van een nieuwe collega, die net zo bevlogen is.

[de tekst gaat verder onder de afbeelding]

Naar de Zwarte Cross

Karin werkte voorheen in de ouderenzorg, maar de leeftijd van de bewoners bij Thebe trok haar aan. “Hier wonen jongvolwassenen vanaf achttien jaar, een héél andere doelgroep. Ze kunnen misschien niet meer alles, maar met wat creativiteit nog wel veel,” zegt ze. Zo zijn er bewoners die met het vliegtuig op vakantie gaan, of met het openbaar vervoer naar de Zwarte Cross. Sommigen zoeken op datingapps naar een nieuwe vlam."

Wat Karin zo mooi vindt aan haar werk, is dat je kijkt naar wat iemand nog wél kan, en dat op een verantwoorde manier probeert te organiseren. Zo had ze ooit een bewoner die door spasticiteit moeilijk kon bewegen, maar toch graag fietste. Karin regelde een aangepaste fiets waarop hij helemaal vastgesnoerd zat. “Het is prachtig om te zien hoeveel plezier iemand daaruit haalt.”

Voor bewoners én collega’s

Als paramedicus slaat Karin een brug tussen praktische zorg en kwaliteit van leven. Dit begint bij de dagelijkse handelingen, zoals opstaan, wassen en aankleden. “Zelfstandigheid en eigen regie van de bewoner staan centraal,” legt ze uit. “Wat kan iemand nog? Wat wil iemand nog? En hoe kunnen we dat mogelijk maken? Misschien met een hulpmiddel, zoals een rolstoel, een ligorthese of een robotarm?” Deze vragen stelt ze zodra een nieuwe bewoner bij Thebe komt wonen. Op basis van hun antwoorden bepaalt ze de behandeling.

Ook haar collega’s, zoals verpleegkundigen, komen bij haar met vragen. “Ze vragen bijvoorbeeld: ‘Hoe kan ik deze bewoner op een goede manier draaien?’ Dan ga ik naast ze staan en kijken we samen hoe we dat het beste kunnen doen. Misschien verlagen we het bed of gebruiken we een laken om de bewoner in beweging te brengen.”

De puzzelstukjes van ergotherapie

“Alles hangt met elkaar samen,” vertelt Karin. “Maar toch bestaat ergotherapie ook uit kleine deelstukjes. We kijken naar wat iemand zelf nog kan en waarvoor hij of zij ondersteuning nodig heeft.” Ze geeft een voorbeeld: “Er is een bewoner die zichzelf niet meer kan douchen of aankleden, maar nog wél zijn gezicht kan wassen en zijn tanden kan poetsen. Dat is mooi, als hij maar wél genoeg energie overhoudt om zelf te eten en zijn grenzen aan te geven. Want ergotherapie gaat over het totaalplaatje van iemands leven. En dat bestaat uit veel verschillende puzzelstukjes.”

Achter de schermen 

Naast haar werk met bewoners en collega’s is er nog een derde aspect van haar werk: de taken achter de schermen. Zo moet Karin soms onderhandelen met zorgkantoren over de vergoeding van voorzieningen. Ze herinnert zich een situatie met een bewoner met een progressieve spierziekte, Roel, die thuis met een speciaal systeem zijn verlichting en radio bediende via een mini-joystick en een blaasbel-systeem. Maar toen hij bij Thebe kwam wonen, werd deze voorziening niet vergoed. De reden? In een 24-uursinstelling kan de verpleging dit soort handelingen overnemen. “Op zich logisch,” zegt Karin, “maar kun je je voorstellen wat het betekent als je voor elk klein dingetje de verpleging moet bellen?” 

[de tekst gaat verder onder de afbeelding]

De kracht van Roel

Wat daarna gebeurde, inspireerde Karin enorm. “Roel pakte meteen de telefoon en belde zelf de verzekering én de leverancier. Hij uitte zijn verbazing met charme en keek naar wat wél mogelijk was.” Uiteindelijk nam Roel het bedieningssysteem over op eigen kosten. Een enorme overwinning voor hem. En hoewel Roel helaas in de lente van 2024 overleed, blijft hij een bron van inspiratie voor Karin. “Die kracht van hem, die voel ik nog steeds”, zegt ze zichtbaar ontroerd.

Die kracht gebruikt ze bijvoorbeeld om ruimte te creëren. Als ze denkt dat een voorziening niet wordt vergoed, belt ze bijvoorbeeld tóch het zorgkantoor. “Ik begin meestal met: ‘Ik weet dat het niet kan, maar kunnen we er toch over praten?’” Een tactiek die regelmatig leidt tot succes. Uitgaan van mogelijkheden, dat leerde Karin van Roel.

Een stukje meelopen

Als zorgprofessional loop je een stukje mee met de bewoners, en dat vindt Karin het mooiste aan haar werk. “Dat betekent niet dat je je privéleven op tafel legt, maar je deelt wel belangrijke momenten in je leven. Mijn bewoners met mij, en ik met hen.” Het verlies van haar moeder heeft Karins kijk op zorg veranderd. “Ik probeer me nog meer te verplaatsen in wat bewoners en hun naasten doormaken. Nog bewuster neem ik de tijd om erover te praten. Ik kijk niet meer alleen als professional, maar ook als mens.” Karin luistert dus niet alleen naar haar hart, ze legt haar hart ook in haar werk. En dat al 24 jaar lang.